zondag 27 september 2015

Pesten

Op de lagere school hoorde ik niet bij het groepje van de populaire meisjes. Ik was mollig en woonde niet in de buurt van de school. Had niet de populaire kleding aan. Allemaal krijgertjes van een nichtje of erger door een tante zelfgemaakt in oude-huisvrouwenprintjes en materiaal. Ik kon ook niets heel erg goed - dacht ik zelf - zoals gymen of elastieken of oh horror blokfluitspelen. Dus droomde vaak weg in mijn eigen wereld, waarin ik een beroemde actrice zou worden, mooi en slank waar iedereen bewonderend naar opkeek. Of een schrijfster van de mooiste boeken. Een soort Walter Mitty. En ja, ik snapte die film helemaal.


Ik was een onopvallend kind denk ik. Mollig en vroegrijp (al had ik dat zelf helemaal niet door) en allang blij als ze bij een groepje mocht staan. Staan he....niet meedoen.

Toen een heel populair meisje mijn vriendin werd, in de vierde klas, kon ik dat niet geloven. Maar we werden vriendinnen en ik moest van mijn ouders zwemles nemen (naast het schoolzwemmen) omdat ze een zwembad in de tuin had. En daar mocht ik in zwemmen. Kan je je dat voorstellen; iemand die niet zo meedraait en dan opeens de mooiste en ook nog eens een lieve vriendin krijgt. Speelden we in het 'Geheime bos'. Een stukje van 20 meter dichtbegroeid land tussen mijn wijk en haar villawijk.

Door mijn vriendschap met haar steeg mijn status op school. Ik werd gedoogd. Ik hoorde nog steeds niet bij de club van de populaire meisjes, maar had wel meer aanzien. Later werden ook andere meisjes vriendin met haar en verwaterde de vriendschap toen mijn ouders in een wijk ver weg van school gingen wonen. Toen kwam ze niet meer bij mij thuis. Leerde ik al snel dat ik maar genoegen moest nemen met goed genoeg.

Ik had in de zesde klas (nu groep 8)  een vriendin die noemde mij Big, als in het varken. Dat leek op mijn naam en dat vond ze wel grappig. Ik niet. Maar durfde weinig ervan te zeggen, want had de vriendinnen niet voor het uitkiezen. Er konden ook niet zoveel mensen bij ons thuis komen, want dat wilde mijn moeder niet; die lag in die tijd vaak op de bank met hoofdpijn. (Mijn moeder is dat nu even vergeten die periode). Ik had eigenlijk een hekel aan dat meisje. Maar ze wilde met mij omgaan, dus tolereerde ik haar. Ik had nog niet door dat ik geen genoegen hoefde te nemen met een rare vriendin. Die mij zo noemde.

Ik was een eenzaam kind denk ik in die tijd. Te groot voor mijn leeftijd, ik was al ongesteld toen ik 10 was met dito lichamelijk ontwikkeling, maar voelde me een kind. Mannen (en sommige ooms en een Opa) dachten daar anders over en daar snapte ik niks van. Ik was toch niet zo mooi en zo populair als die perfecte meisjes uit mijn klas. Met mooi haar, mooie kleren en een mooie embouchure (haha...).

Toen ik naar de brugklas ging ging mijn huis-met-zwembad vriendin naar een andere parallelbrugklas van die school. Mijn varkenshoedervriendin ging naar het gymnasium en dat was - gelukkig - een andere school. Contact fini.

En kende ik dus niemand in mijn klas.  Sommige meisje zeiden ook tegen me of ik maar liever niet bij ze wilde staan. Echt heel erg hoe meiden van die leeftijd meedogenloos kunnen zijn. Toch ging er een leuk meisje naast me zitten meteen de eerste dag en wederom snapte ik niet waarom. Dat mechanisme heeft heel lang geduurd om uit mijn systeem te gaan. Werd van huis uit ook helemaal niet gestimuleerd, want daar kreeg ik alleen maar mee dat ik niet goed genoeg was.

Mijn moeder zat teveel met de relatie met mijn vader in de knoop om goed te kunnen kijken hoe dingen liepen. Had ik ook nog een broer die net zo snel met zijn vuisten was als mijn vader, dus thuis was het te vaak en te veel snelkookpan-gedoe. Ik schaamde me om iemand mee naar huis te nemen. Stel dat er weer iets gebeurde.

Gelukkig had ik mijn dagboek en ik schreef me gek. Of hield dat gek worden juist van me af, door het schrijven. En las veel en fantaseerde veel. En langzamerhand werd ik iemand. Met een mening. Afwijkend van die van de meesten in mijn klas, maar ik hoefde niet meer zo nodig bij de popu groep te horen. Leerde te doen en te zijn wat bij mij past.

Pesten zaagt aan de wortels van je zelfvertrouwen. Langzaam, maar wel zeker. Pas nu voel ik dat mijn wortels in de aarde vast mogen zitten en ik energie en liefde krijg en mag krijgen. En dat ik er mag zijn. Dat ik niet eerst lief hoef te zijn of te doen om aardig behandeld te worden. Gewoon er zijn is genoeg.












11 opmerkingen:

Luz zei

Sommige blogs van jou maken mij intens verdrietig...en ik zou het zo graag anders voor jou willen.
Ik ken je niet persoonlijk maar denk wel uit jouw schrijven te kunnen distilleren hoe jij in elkaar steekt en dat is meer dan mooi.

En dan hebben wij nog een gezamenlijke vriend (nee, dames niet de man met de hond en ook niet de man met de rug) die zeer hoog van jou opgeeft...en hij is me een partij kritisch haha.

Ik heb ook nooit iets begrepen van pesten, als kind trok ik altijd op met de kinderen die gepest werden. Niet per se uit zieligheid maar omdat ik ze vaak interessanter of liever vond dan de doorsnee. Mijn moeder begreep dit niet en was vaak geirriteerd, of ik geen normale vriendinnen kon vinden? Fijngevoeligheid was blijkbaar ver te zoeken in die tijd....'
Ik vind je geweldig...X

Pecunia zei

Au.

Anoniem zei

Ontzettend raak verwoord. Zo triest wat pestgedrag allemaal veroorzaakt. Ik ben blij dat je gevoel van eigenwaarde nu goed is. Petje af!

Elisabeth zei

Ik reageer weinig maar nu lopen de rillingen over mijn rug van herkenning .Ik durf er niet eens meer over te schrijven ,goed van jou om dat wel te doen !

LLMM zei

Wat een verdrietig verhaal. Mooi dat je je nu een stuk meer geworteld voelt en dat je de kracht hebt om hier overheen te komen. En inderdaad 'gewoon er zijn' is goed genoeg.

Gewoon Vlijtig zei

Pffff jij hebt geen leuke jeugdtijd gehad met vriendinnen. Hopelijk is je middelbare schooltijd wel goed verlopen met deze vriendin die naast je kwam zitten.

pourquoi pas ??? zei

Ik word af en toe ook zo verdrietig van jou verhalen, het raakt me zo erg. Ik reageer dan niet omdat ik gewoon niet weet wat ik tegen je moet zeggen.
Weet je dat ik bijna moet huilen? Zo erg vind ik t.
Ik werd niet op school gepest. Mijn pester zat thuis. Dag in dag uit. Vandaar dat ik heel veel van je gevoelens herken. Ook die eenzaamheid.
Ik was populair op school, zowel bij jongens en meiden maar ik voelde me altijd zo ongelofelijk eenzaam.
/Ik geen je een hele dikke knuffel lieve schat.

Nietzomaarzooo zei

Zo...even woordenloos. (Even maar hoor!). Dank je Luz.

Nietzomaarzooo zei

Soms denk ik nog wel eens dat mijn wortels meer zijwaards zijn gegroeid ipv diep de aarde in, maar ja..diep of breed; beide wortels.

Nietzomaarzooo zei

Ja, op de middelbare school na het eerste jaar werd het leuker. Werd ik misschien ook wel leuker. Door niet meer perse erbij te willen horen.

Nietzomaarzooo zei

Dank je lieve Helene.